De rechtbank in Den Bosch heeft een cliënt van advocaat mr. Sander Arts van Singel Advocaten in Breda vrijgesproken van mensenhandel / uitbuiting. Sander stond zowel de bestuurder bij als het uitzendbureau dat mensen tewerk stelde in een champignonkwekerij. Hier bleek ook een minderjarige te werken. Sander heeft na getuigenverhoren en de behandeling ter zitting de rechtbank kunnen overtuigen dat cliënt hiervan niet op de hoogte moet zijn geweest. Resultaat: Integrale vrijspraak!
- U bevindt zich hier:
- Singeladvocaten
- Blog
- Vrijspraak voor mensenhandel en valsheid in geschrift
Vrijspraak in strafzaak mensenhandel en uitbuiting: door mr. Sander Arts van Singel Advocaten
Waar ging de uitbuiting strafzaak over
mr. Sander Arts stond het uitzendbureau bij en de bestuurder. Zij regelen buitenlandse werknemers om te laten werken in de nederlandse tuinbouw. Tijdens een controle is een minderjarige aangetroffen die voor kinderen verboden arbeid zou hebben verricht. Door de uren onder een andere naam (ander persoon) te 'verlonen' bij de belastingdienst zou ook sprake zijn van valsheid in geschrift.
Standpunt Openbaar Ministerie: veroordeling
Het Openbaar Ministerie was van mening dat voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig was om beide cliënten te veroordelen. Zij eiste (strafvoorstel) ter zitting een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Een deel van de tenlastelegging (dagvaarding) is hieronder vermeld:
Dat hij op één of meer tijdstip (pen) in of omstreeks de periode van 5 oktober 2020 tot en met 1 november 2020, te Óspel en/of Veldhoven, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, een ander, te weten [slachtoffer] (geboren op [2005] ),heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest of opgenomen, met inbegrip van de wisseling of overdracht van de controle over die ander, met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer] , terwijl [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, en/of (lid 1 sub 6) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van [slachtoffer] , immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) die [slachtoffer] : - vervoerd door het transport tussen de woonruimte en de werkplek te regelen en/of - gehuisvest door haar op camping [naam camping] onder te brengen waarbij de uitbuiting en/of uitbuitingssituatie er onder meer uit bestond dat [slachtoffer] - met betrekking tot de aard en duur van de werkzaamheden - - zwaar belastend werk verrichtte bij [bedrijf 1] . en/of- betaald werk verrichtte bij [bedrijf 1] . op een wijze die is verboden voor een 15 jarige en/of - met betrekking tot de beperkingen die werden opgelegd - - door de tewerkstelling werd beperkt in haar leerplicht en daarmee in haar ontwikkeling en/of - met betrekking tot het financieel voordeel voor verdachte -- niet werd aangegeven in de aangifte toonheffing op naam van [bedrijf 2] en/of [bedrijf 3] en/of en/of waarbij het voordeel trekken uit de uitbuiting van [slachtoffer] heeft bestaan uit: dat het loon van die [slachtoffer] uitbetaald werd aan [persoon 1] , (lid 3 sub 2) terwijl [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt
Standpunt van de verdediging
Sander heeft namens de verdediging bepleit dat er helemaal geen sprake was van voldoende bewijs. Aan de hand van het dossier heeft hij aannemelijk kunnen maken dat de conclusies van de arbeidsinspectie en het Openbaar Ministerie veel te kort door de bocht waren en belangrijke getuigen niet waren gehoord. Ook heeft hij kunnen aantonen met cliënt dat kennelijk een andere werkneemster onder haar naam, welke roepnaam hetzelfde was als de minderjarige kennelijk de minderjarige heeft laten werken en niet - zoals de arbeidsinspectie concludeerde - onder de naam van haar aanwezige tante. Er is een uitvoerige pleitnota overlegd waarin diverse verweren zijn gevoerd, waaronder het ten onrechte niet horen van een belangrijke getuige in Bulgarije. Hierbij had men nagelaten voldoende informatie aan de Bulgaarse autoriteiten door te geven, zodat deze de getuige niet hebben kunnen vinden. Ook is bepleit dat sowieso geen sprake was van uitbuiting gezien het gering aantal uren dat de minderjarige heeft gewerkt en de aard van de door haar verrichte werkzaamheden.
Vonnis van de Rechtbank: vrijspraak
De rechtbank heeft het pleidooi van mr. Sander Arts gevolgd en cliënten (bestuurder en de vennootschap) volledig vrijgesproken.
Verdachte wordt vrijgesproken van mensenhandel en de daarmee verband houdende valsheid in geschrift. De verdenking kwam er – kort gezegd – op neer dat verdachte, tezamen en in vereniging met het uitzendbureau waarvan hij bestuurder was en is, een minderjarige naar Nederland heeft vervoerd, gehuisvest en vervolgens te werk heeft gesteld in een champignonkwekerij met het oogmerk van uitbuiting. De rechtbank oordeelt dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte wetenschap had van het feit dat de minderjarige in de ten laste gelegde pleegperiode werkzaam was als champignonplukster, en spreekt verdachte gelet op die conclusie integraal vrij.
Enkele andere relevante punten uit het vonnis:
De rechtbank stelt op grond van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting vast dat de minderjarige [slachtoffer] in de onder feit 1 ten laste gelegde periode werkzaam is geweest als champignonplukster op de champignonkwekerij te Ospel en dat zij ook gedurende enige tijd heeft verbleven op de camping [naam camping] . Om tot een bewezenverklaring van de ten laste gelegde arbeidsuiting te komen dient in ieder geval wettig en overtuigend te worden bewezen dat verdachte wist dat [slachtoffer] in de ten laste gelegde periode (via zijn uitzendbureau) heeft gewerkt als champignonplukster bij de champignonkwekerij. Zonder die wetenschap kan geen van de verdachte onder feit 1 verweten gedragingen, die dienen te zijn gepleegd met een oogmerk van uitbuiting, worden bewezen. Verdachte heeft ter terechtzitting een uitgebreide verklaring afgelegd waarin hij stelt voornoemde wetenschap niet te hebben gehad <..> Verdachte heeft voorts verklaard dat hij er inmiddels ook van overtuigd is dat [slachtoffer] in de ten laste gelegde periode op de champignonkwekerij heeft gewerkt. Dit heeft hij kort geleden gehoord. Verdachte vermoedt dat [slachtoffer] onder een andere naam heeft gewerkt, namelijk onder de (bij)naam van [persoon 3] , die wel bij verdachte bekend was en van wie hij wel wist dat zij werkte op de champignonkwekerij. Volgens verdachte zijn ze allemaal familie van elkaar. De bijnaam van [persoon 3] was ‘ [bijnaam persoon 3] ’, dezelfde voornaam als die van [slachtoffer] <..>. De verloning van de door ‘ [bijnaam persoon 3] ’ gewerkte uren werd daarom ook op de naam van [persoon 3] gedaan. <..>
De rechtbank is van oordeel dat voornoemde verklaring van verdachte niet als hoogst onwaarschijnlijk terzijde kan worden geschoven. Het door hem geschetste scenario wordt niet weerlegd door de stukken in het dossier, en vindt op een aantal punten juist steun in het dossier. Zo heeft de raadsman er terecht op gewezen dat het aantal uren dat [persoon 3] blijkens de door de champignonkwekerij verstrekte pluklijsten van de weken 41 tot en met 44 (90,96 uren), exact gelijk is aan alle aan ‘ [bijnaam persoon 3] ’ toegeschreven uren op de urenlijsten van de champignonkwekerij. Deze uren zijn ook eerder verloond en uitbetaald aan [persoon 3] . Dit sluit aan bij voornoemde verklaring van verdachte. Verder constateert de rechtbank dat op de urenlijsten van de champignonkwekerij buiten de (voor)namen van mensen die door verdachte werden tewerkgesteld, ook namen staan van plukkers die kennelijk via andere uitzendbureaus bij de champignonkwekerij zijn tewerkgesteld. Op grond van de pluklijsten en overige relevante gegevens kan bovendien met onvoldoende zekerheid worden bepaald welke personen op welke momenten hebben gewerkt <..> Deze gegevens zorgen voor verwarring, en de eigenaar van de champignonkwekerij, [persoon 4] , die verantwoordelijk is voor de urenlijsten, heeft ook geen duidelijkheid verschaft. Andere getuigen die mogelijk hadden kunnen verklaren over voor het bewijs belangrijke feitelijkheden zoals de partner van verdachte, [slachtoffer] zelf en haarde tante, zijn niet gehoord. Ook cruciale getuige [persoon 3] is niet gehoord doordat zij tot op heden niet is gelokaliseerd door het Openbaar Ministerie. Gelet op de beslissing tot vrijspraak zal de rechtbank het voorwaardelijke verzoek van de verdediging tot het lokaliseren en alsnog horen van [persoon 3] onbesproken laten.
Advocaat bij dagvaarding mensenhandel of uitbuiting
Deze zaak toont des te meer aan dat een vrijspraak niet vanzelfsprekend is. Sander heeft als advocaat in een vroeg stadium getuigen moeten horen en aannemelijk moeten maken dat de zaken toch nét iets anders lagen dan de arbeidsinspectie in het proces-verbaal (onderzoek) beweerde én concludeerde. Ook zijn diverse verweren gevoerd over het niet correct tijdig horen van getuigen door het Openbaar Ministerie en de rechtsgevolgen die daar aan moeten worden verbonden.
Mensenhandel zaken (uitbuiting) kunnen ingewikkeld zijn. De vraag óf hiervan sprake is hangt vaak ook af van bepaalde feiten en omstandigheden die door een rechter moeten worden afgewogen. Ook gezien de hoge straf die hierop staat is het verstandig zo snel mogeliijk een ervaren advocaat in te schakelen als je hiervan wordt verdacht, zo mogelijk al bij het politieverhoor of verhoor bij de arbeidsinspectie. Een eenmaal afgelegde verklaring kan later al snel (mogelijk ten onrechte) tegen je worden gebruikt. Leg dus nooit een verklaring af voordat je met een advocaat hebt gesproken!
Als u het contactformulier invult neemt een advocaat vrijblijvend contact met u op over dit onderwerp.
Klik hier voor de volledige uitspraak gepubliceerd op rechtspraak.nl
Update (27-03-2025): In deze zaak is door het Openbaar Ministerie géén hoger beroep ingesteld. De uitspraak is dan ook definitief geworden.
Geschreven door
Op
Bekijk meer van
Contact met advocaat
Een ervaren strafrechtadvocaat neemt gratis & zonder verplichtingen contact op