Op 6 juli 2017 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak met betrekking tot rijden onder invloed.
Op 6 juli 2017 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak met betrekking tot rijden onder invloed.
De verdachte is een 44-jarige man uit Nieuwegein. Verdachte reed in 2016 in Utrecht onder invloed van alcohol en zonder geldig rijbewijs een motorrijder aan. Verdachte was in het bezit van een Kameroens rijbewijs. Hij zegt niet te hebben geweten dat dit rijbewijs niet geldig is in Nederland. Verdachte voert tijdens de zitting aan dat hij inderdaad heeft gedronken op een bedrijfsfeest. Dit bleek ook uit het bloedonderzoek dat bij hem af is genomen. Door de aanrijding is de motorrijder zwaar gewond geraakt. Het slachtoffer is nog herstellende en heeft veel leed. Hij kan zijn hobby’s en werk niet meer uitvoeren ten gevolge van de aanrijding.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat hij een verkeersongeval heeft veroorzaakt door roekeloosheid of in elk geval door schuld. Van schuld is sprake bij aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onoplettend rijgedrag. Van te voren heeft de verdachte alcohol genuttigd en beschikte hij tevens niet over een geldig rijbewijs. Ook bevond verdachte zich op de verkeerde rijbaan.
Het standpunt van de Officier van Justitie is dat het ten laste gelegde feit kan worden bewezen. Volgens de officier is er sprake van zeer onvoorzichtig gedrag dat grenst aan roekeloosheid doordat verdachte zonder geldig rijbewijs gereden heeft, terwijl hij onder invloed van alcohol was en zich ook op de verkeerde weghelft bevond.
Volgens de raadsman van verdachte is er geen sprake van roekeloosheid. Hiervoor is niet voldoende bewijs. Ook de rechtbank gaat hierin mee. De rechtbank wijkt in deze zaak af van de eis van de officier. Dit is gelegen in de mate van schuld. Er is volgens de rechtbank geen sprake van gedrag dat grenst aan roekeloos rijgedrag. Volgens de rechtbank kan door de combinatie van verkeersfouten wel schuld aan het ongeval worden bewezen. De rechtbank komt tot een partiële vrijspraak mede door het pleidooi van advocaat. De roekeloosheid kan namelijk niet worden bewezen.
De Officier van Justitie eist een gevangenisstraf van 24 maanden en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 4 jaar. De raadsman van verdacht voert aan dat een gevangenisstraf verdachte en zijn gezin onevenredig hard raakt. Verdachte is enig kostwinner en werkt lange dagen om zijn gezin te onderhouden. Tevens hebben zijn kinderen speciale zorgbehoeften waardoor zijn vrouw niet in staat is om te werken. De raadsman verzoekt om een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf. Ook de reclassering adviseert de rechtbank om geen gevangenisstraf op te leggen omdat het recidiverisico laag is en rekening houdende met het gezin van verdachte.
De rechtbank oordeelt dat gelet op de ernst van het feit, niet kan worden volstaan met een andere straf dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf en legt verdachte een gevangenisstraf van tien maanden op, waarvan drie maanden voorwaardelijk. Volgens de rechtbank is deze straf passend en geboden.
Als u verdacht wordt van rijden onder invloed of schuld aan een ongeval, neemt u dan contact op met een ervaren strafrecht advocaat. Als strafrechtadvocaat bereiken wij vaak een lagere straf en zo mogelijk vrijspraak. Door het contactformulier in te vullen nemen wij vrijblijvend contact met u op.
Een ervaren strafrechtadvocaat neemt gratis & zonder verplichtingen contact op